Door oververmoeidheid die te maken had met een rechtszaak en veel verantwoordelijkheid in mijn werk krijg ik in 2001, rond mijn 25e een antidepressivum voorgeschreven. Ik had op dat moment hartkloppingen en doodsangsten op de meest vreemde momenten.
Na een aantal mislukte afbouwpogingen accepteerde ik dat ik dit medicijn nodig had.
Totdat ik me eind 2013 na het herstel van alles wat mij overkomen is zo sterk voel dat ik besluit in 6 weken tijd af te bouwen.
Na wat kleine ontwenningsverschijnselen voel ik me er begin maart 2014 kiplekker bij en ben supertrots. In april begin ik rare klachten te krijgen en kom ik erachter hoe een drugsverslaafde zich moet voelen. Tot september beleef ik de meest verschrikkelijke afkickverschijnselen maar weet ik het voor de buitenwereld -en zeker voor mijn dochter- te camoufleren.
Om te vechten tegen deze afkickverschijnselen zoals diepgaande angsten die je zenuwen en spieren onder hoogspanning zetten, was ik er achter gekomen dat je een flinke lichamelijke inspanning moet verrichten om die verschijnselen te verminderen. Dat deed ik zoveel mogelijk.
Tegelijkertijd ontstaat er een ander probleem en kom ik financieel klem te zitten. Op dat moment biedt mijn broer(tje) aan om naast mijn eigen opdrachten voor hem te werken in zijn stucadoorsbedrijf.
De eerste maanden waren een slopende en fijne tijd ineen. Een van de dagen die ik nooit ben vergeten was dat wij alleen in een huis bezig waren en ik 's ochtends, na een slapeloze nacht, in zijn bus vertelde dat hij het me niet kwalijk moest nemen als ik een paar keer in huilen uit zou barsten. Ik was een wrak. Die dag wist ik niet waar ik het zoeken moest en liep ik als een zot zakken gips op een trap naar boven, een gevecht met mijn eigen lichaam. Als de ergste spanning dan even weg was kwam er een ontlading van blijdschap. Een bizarre strijd van uitersten in emoties.
Het was ondanks alles fijn om de structuur van dit werk en de fysieke inspanningsmogelijkheid te hebben. Het heeft echt heel veel voor me betekent waarbij ik hoop dat mijn broer zelf nooit hoeft te ervaren hoeveel dat is geweest.
In september 2014 was er eindelijk een dag was waarop ik op het strand het gevoel had dat ik weer een leven terug had.
De maanden die volgden waren dragelijker en het bleef fijn en noodzakelijk om fysiek bezig te zijn. Het afkickproces heeft me gedwongen om in het nu te leren leven en om op mezelf te vertrouwen.
De liefde van mijn dochter en de onvoorwaardelijke steun en begrip van mijn broer hebben mij in deze periode ontzettend geholpen. Ik ben blij en dankbaar dat zij op dat moment in mijn leven waren.
Na deze periode ben ik er stellig van overtuigd geraakt dat ik dit medicijn eigenlijk nooit nodig had hoeven hebben. Het enige wat ik in 2001 had moeten hebben was iemand die mij rust had voorgeschreven.